Miljoenennota – Belastingen. Lastenverzwaring voor het bedrijfsleven

Het enorme pakket aan maatregelen waar de overheid mee komt, moet voor een belangrijk deel betaald worden door bedrijven zwaarder te belasten. Er verandert daarom nogal wat in de belastingen voor ondernemers. Wat staat u te wachten?

Zelfstandigenaftrek
De zelfstandigenaftrek wordt verder verlaagd van 6.310 euro dit jaar naar 5.950 euro in 2023. De aftrek kan bovendien nog maar verrekend worden tegen maximaal 37,07% in plaats van 40% nu.

Box 1

  • Voor het bepalen van het gebruikelijk loon mocht een directeur-grootaandeelhouder (dga) het salaris voor de loonaangifte stellen op 75% van het loon van iemand in de 'meest vergelijkbare dienstbetrekking'. Vanaf 2023 vervalt deze doelmatigheidsmarge en moet de dga 100% rekenen.
  • De middelingsregeling wordt afgeschaft. Met deze regeling kan voor de aanslag inkomstenbelasting worden uitgegaan van een gemiddelde van de afgelopen drie jaar. Dit is vaak een uitkomst voor mensen met wisselende inkomens. Het laatste middelingstijdvak dat mogelijk wordt is 2022-2024.
  • Het tarief van de 1e schijf inkomstenbelasting wordt in 2023 verlaagd van 37,07% naar 36,93%. In de 1e schijf valt een inkomen tot 73.071 euro.
  • De arbeidskorting gaat omhoog met 500 miljoen euro.
  • De inkomensafhankelijke combinatiekorting wordt afgeschaft per 1 januari 2025, behalve voor ouders met (een of meer) kinderen die vóór 1 januari 2025 zijn geboren.

Vennootschapsbelasting
De afgelopen jaren is het lage tarief in de VPB teruggegaan van 19% naar 15% in 2022. En de winstgrens voor dit lage tarief ging juist omhoog van 200.000 euro naar 395.000 euro in 2022. Die gunstige afspraken worden weer teruggeschroefd. Per 1 januari 2023 gaat de winstgrens voor het lage tarief terug naar 200.000 euro vanaf 2023. Bovendien stijgt dan het lage tarief in één keer van 15% naar 19%. Door de daling van de winstgrens komen bv's eerder in het hoge VPB-tarief. Het hoge tarief is voor 2022 gesteld op 25,8%. Dat blijft zo in 2023.

Aanpassing tarief in box 2 vanaf 2024
In box 2 van de inkomstenbelasting maakt het huidige tarief van 26,9% in 2024 plaats voor twee tarieven: 24,5% voor winstuitkeringen tot 69.000 euro en 31% voor alles wat daarboven uitstijgt.

Box 3
Vanaf 2026 zal er een nieuw stelsel voor box 3 komen waarin het werkelijke rendement op vermogen wordt belast. Tot die tijd gaat er een overbruggingswet gelden, waarbij uitgegaan wordt van de werkelijke verdeling van spaargeld, beleggingen en schulden. Daarbij gebruikt de Belastingdienst rendementspercentages die gebaseerd zijn op de actuele percentages voor sparen of beleggen.

Om de belasting vast te stellen wordt er een ingewikkelde berekening gemaakt. Het bedrag dat daaruit komt is het inkomen uit vermogen. Daarover wordt 31% belasting betaald en dat tarief wordt jaarlijks met 1% verhoogd naar 34% in 2025. Het heffingsvrij vermogen wordt dan ongeveer 57.000 euro.

De overbruggingswetgeving (2023 en 2024) past de nieuwe berekening voor iedereen direct toe in de belastingaangifte. Vooral mensen die beleggen lopen dan de kans meer belasting te moeten betalen. Voor spaarders zal dat minder snel het geval zijn. Ongeveer 60.000 mensen hebben bezwaar gemaakt tegen de heffing in box 3 nadat de Hoge Raad de gebruikte systematiek als oneerlijk veroordeeld. Het kabinet herstelt de berekende belasting over 2017 tot en met 2020 voor iedereen die bezwaar heeft gemaakt en voor iedereen in de jaren 2021 en 2022.

FOR wordt afgeschaft
De fiscale oudedagsreserve (FOR) wordt afgeschaft. Met ingang van 1 januari 2023 kunnen zelfstandig ondernemers niet meer fiscaal gefaciliteerd pensioen opbouwen door middel van de FOR. Ondernemers van wie de winst belast wordt in de inkomstenbelasting gaan daardoor mogelijk meer belasting betalen. Over een opgebouwde oudedagsreserve hoeft niet direct te worden afgerekend.

Mobiliteit

  • De bijtelling voor alle auto's die CO2 uitstoten, inclusief (plug-in) hybride auto's is in 2023 22%. Voor een volledig elektrische auto is de bijtelling 16% in 2023. Dat geldt tot een drempelbedrag van 30.000 euro (de aanschafprijs van de auto). Voor het deel daarboven geldt het standaard bijtellingstarief van 22%.
  • De belastingvrije kilometervergoeding van 19 cent per kilometer wordt verhoogd naar 21 cent in 2023 en 22 cent in 2024.

Onroerend goed

  • De overdrachtsbelasting voor niet-woningen en woningen die niet als een eigen woning aangemerkt kunnen worden, stijgt van 8% naar 10,1%. Per saldo gaan bedrijven en beleggers, maar ook degene die een vakantiewoning aanschaft of verhuurt, hierdoor ruim 26% meer overdrachtsbelasting betalen.
  • De btw op zonnepanelen en op de installatie van zonnepanelen bedraagt per 1 januari 2023 0%